







In tegenstelling tot de meeste restauratieprojecten is het in de Metaal Kathedraal niet de bedoeling om alles in ere te herstellen. Het gebouw ademt historie, met details van zowel religie als industrie, en dat willen initiatiefnemers en eigenaren graag zo houden.
In de negentiende eeuw werd er in de kerk (1857) gebeden en in de twintigste eeuw (1940) werd de kerk in gebruik genomen als staalfabriek. In 2015 vormen het gebouw en het bijbehorende buitenterrein een ecologische culturele broedplaats en autonome werkplaats voor iedereen die een maatschappelijke of culturele droom wil realiseren en daarvoor een locatie nodig heeft of andere mensen wil ontmoeten.
Succesfactoren
- Er wordt telkens de prijs die voor een klant werkt berekent. Dat betekent dat de ene organisatie een bepaalde prijs betaalt en de andere klant een stukje ruilhandel geeft voor de huur.
- Bij de aankoop van het pand is er direct een deel van de grond verkocht, wat geld opleverde.
- Duurzaamheid is op verschillende creatieve manieren meegenomen in de ontwikkeling.
Verbeterpunten
- Je moet van goeden huizen komen om te weten wat een goed advies is en hoe dit er uiteindelijk uitziet. Dat vereist veel kennis.
- ’De grote hoeveelheid tijd die gemoeid gaat met het ‘trekken’ van zo’n project is de uitdaging. Ondernemende types, die het project kunnen helpen dragen, zijn broodnodig en schaars.’
Financiering
Waar theaters, musea en poppodia door de overheid worden gestimuleerd om zonder subsidies te werken en zelf commerciële activiteiten te ontplooien, doet de Metaal Kathedraal dat al van begin af aan. Het is continu zoeken naar eigentijdse verdienmodellen.
Voor de financiering van de aankoop en restauratie van de Metaal Kathedraal werden diverse partijen in de arm genomen maar stak de eigenaar/initiatiefnemer ook zelf haar nek uit. Zo verkocht zij haar huis en stak dit geld in de aankoop van de kerk. Daarnaast is we een beroep gedaan op het KFHeinfonds, Triodos Bank, Utrechts Restauratiefonds en Nationaal Restauratiefonds. Bovendien is bij de aankoop van de grond direct een deel verkocht, wat geld opleverde. Gemiddeld wordt 5 procent rente betaald.
Duurzaamheid
- ‘Wij streven naar een duurzame en zelfvoorzienende circulaire locatie, met respect voor de omgeving en natuur. De zogenaamde high tech oplossingen zijn voor ons te kostbaar en low tech oplossingen worden weinig aangeboden en gedragen binnen de huidige economische belangen.’
- Waar mogelijk , is gewerkt met duurzame materialen, zoals schapenwol en isovlok voor de isolatie van het dak.
- Het groene sedum dak is gesponsord is door aannemer HLE Bouw.
- In de tuin een composthoop waarmee een van de buitenstudio’s van warmte wordt voorzien.
- De werkruimtes zijn zelfvoorzienend: energie opwekken, water opvangen en zuiveren.
Plannen en realisatie
Voor het begin van het avontuur van de initiatiefnemer gaan we terug in de tijd. De theatermaakster was tot 2011 een van de gebruikers van het NDSM-terrein in Amsterdam, maar ging op zoek naar een nieuwe plek, waar ze samen met andere kunstenaars het terrein weer kon ontginnen. In Utrecht vond ze de kerk die in 1940 is verbouwd tot fabriek.
Met de beschikbare financiële middelen is het dak, dat grotendeels verrot en weggevreten was, vervangen en zijn diverse ruimtes voorzien van een nieuwe vloer, verwarming en isolatie. Ook zijn toiletten, warmwatervoorziening en riolering aangelegd. In de oude directeurskamer is een beheerderswoning gecreëerd en onder de nok van de kerk twee ‘artist in residence ateliers’, woon- en werkplek voor wetenschappers en kunstenaars.
Er zijn nog vele investeringen nodig voor de herbestemming, waaronder ventilatie ten behoeve van horeca, voorzetramen, een lift, vloerverwarming, kachels en vluchtwegen. Buiten bouwen we nog aan off grid studio’s.